Bart is vertrokken voor enkele dagen Costa Rica. In Panama mogen Europeanen maar gedurende drie maanden verblijven. Na drie maanden verloopt hun Visum. Mocht je die termijn van drie maanden overtreden, dan betaal je een boete van 50 dollar per maand die je te lang in Panama bleef. Bovendien beweren sommigen dat je naam dan op een zwarte lijst terecht komt en je bij een volgende keer dat je inklaart in de problemen kan komen.

Mijn visum is ok, ik ben tenslotte een maand in België geweest in december. Een heerlijk gevulde maar ook wel korte maand in het gezelschap van de kinderen, familie en vrienden! Het deed deugd om jullie allemaal terug te zien!

Ik vloog begin januari terug vanuit Amsterdam en na een vlucht van 11 uren en een daaropvolgende rit van drie uur in een taxi kwam ik terug aan in Panamarina waar Bart en Dushi op me wachtten.

Panamarina is een kleine haven zonder steigers. De boten liggen er beschut tussen de mangrove, telkens vast gemaakt aan 4 boeien. De Marina wordt uitgebaat door een Frans koppel en er is een restaurantje met overwegend Franse keuken. Na zes weken vrijwel alleen vis of vegetarisch eten smaakt een Entrecote heerlijk!

In mijn reiskoffer had ik niet alleen speculaas en chocolade meegebracht : ik had net op het nippertje ook het lummelbeslag mee, wat al sinds eind oktober was besteld in België.

Nadat dit door de plaatselijke techniekers was geplaatst waren we klaar om verder te zeilen. We hadden gedurende enkele dagen een tussenstop in Shelter bay Marina. Dit is een jachthaven die vlakbij het Panama kanaal ligt en wordt dus ook door veel zeilers die naar de Indische oceaan doorsteken gebruikt.

We herkennen de speciale vertrekkerssfeer die er hangt. Opnieuw wordt ons gevraagd wanneer wij door het kanaal gaan. En opnieuw hou ik het been stijf : eens je de indische oceaan opgaat zijn de afstanden veel groter! En laten die heel lange stukken nu niet mijn favoriete stukken zijn. Bovendien zijn de tickets om terug te reizen naar België dan veel duurder en duren die vluchten ook veel langer.

Het betekent wel dat we opnieuw afscheid nemen van een aantal mensen die we zijn tegengekomen op reis. Dat is het minst fijne stuk van deze reis : altijd opnieuw afscheid nemen. Ik blijf er niet goed in.

Vanuit Shelter bay varen we de Rio Chagres op. Deze rivier wordt gebruikt om de sluizen van het Panamakanaal te voorzien van het nodige water, en het overtollige water op te vangen.

We varen achter een Amerikaanse catamaran de rivier op. Zij checken voor ons de diepte zodat we nergens vast komen te zitten. We gooien ons anker na de eerste bocht van de rivier. Het is hier ronduit prachtig!

We varen met de bijboot verder stroomopwaarts en zien wat slingerapen in één van de bomen langs de oevers. We speuren of we geen krokodillen zien, want naar het schijnt zitten die er wel, maar hebben geen geluk (of net wél geluk?).

Kleine apekoppen!

We laten als de nacht valt een lichtje branden, en checken of de dinghy goed vast ligt, want blijkbaar is er de week voordien een buitenboordmotor gestolen. Wij hebben gelukkig onze beveiligingsagent Dushi aan boord en moeten dus eigenlijk niet ongerust zijn! Ondanks zijn hoge aaibaarheid is hij ook een super goeie waker. Vooral als de avond valt zal er niemand aan boord komen, behalve wanneer hij verdoofd zou worden natuurlijk!

We worden ’s morgens wakker met de geluiden van het oerwoud. Brulapen markeren hun territorium met indrukwekkend gebrul. Het is net of er een straaljager opstijgt. We zijn hier helemaal niet alleen!

Na twee dagen midden in dit paradijs varen we verder naar Bocas del Toro, alweer een archipel met verschillende eilanden.

De zee is redelijk verward met golven uit verschillende richtingen. We worden flink dooreen geschud en krijgen af te rekenen met flink wat stroming.

We varen naar Marina Solarte, een klein haventje dat uitgebaat wordt door vader en zoon, middenin de mangrove. De mannen zijn Tsjechen en hebben de Marina nog maar sinds april overgenomen. Ze zijn gestart met het bouwen van een havenkantoortje en de funderingen van een bar zijn al gelegd. Alle voorzieningen werken op zonne-energie, vader en zoon komen uit de electrische auto industrie. Ze zijn ambitieus maar tegelijkertijd ook mega vriendelijk. Dushi wordt dikke vriendjes met hun hond Azzucar die hem ’s morgens staat op te wachten.

De nieuwe vuurput. We maakten er geen gebruik van want ’s avonds kwamen er helaas flink wat bijtende insecten uit de mangrove

We blijken hier de enige zeilers te zijn die aan boord van hun boot zijn.  En dus varen we na een week naar Isla Colon en nemen daar een plaatsje in de Marina. Het lijkt hier wel een Amerikaans dorp, vooral bevolkt door oude zeilers die er gestrand zijn en hier al jaren op hun boot verblijven. Wel grappig dat ze netjes wachten tot Bart enkele dagen naar Costa Rica gaat om zich één voor één te komen voorstellen 😉 Tegen het moment dat Bart drie dagen later terug komt (met de juiste stempels en visa) heb ik alweer kennisgemaakt met verschillende nieuwe ‘vrienden’.

Een prachtige tuin in Marina Colon

Op een van mijn wandelingen met Dushi op de steiger zie ik dat er nóg een Belgische boot is aangekomen. Ik klop even aan, want ben toch wel nieuwsgierig! Ik maak kennis met Guus, een solo-zeiler die ook vanuit Nieuwpoort blijkt te zijn vertrokken! Hij is van indonesische afkomst en nodigt ons één van de avonden uit om aan boord te komen eten. En het moet gezegd, Guus kookt heerlijk!

We maken onze boot klaar voor het bezoek van onze vrienden Eric en Magali. Ze hebben er een hele reis opzitten als ze op zaterdag toekomen! (Twee treinen tot Amsterdam, een vliegreis van 11 uur naar Panama city, en een binnenlandse vlucht naar Bocas del Toro) ’t Moet zijn dat ze ons graag zien!

Magali en Eric